dinsdag 17 januari 2012

Informatie over dubbele diagnose

Comorbiditeit van verslaving en psychiatrische stoornissen, ook wel de ‘dubbele diagnose’ of ‘double trouble’ genoemd is een lastig door te plaatsen doelgroep. De samenhang tussen verslavingsproblematiek en psychiatrische stoornissen kunnen op verschillende manier worden verklaard, bijvoorbeeld door middelengebruik als zelfmedicatie. Op deze manier kunnen mensen met ADHD ontdekken dat het roken van een joint hun tot rust brengt. Door deze positieve ervaring zullen ze dit vaker gaan gebruiken en kunnen zij hier uiteindelijk verslaafd aan raken. Een andere verklaring is het krijgen van psychiatrische stoornissen door het gebruik van middelen. Mensen gebruiken middelen en ontwikkelen hierdoor andere stoornissen. De laatste verklaring kan worden gezocht op het neurobiologisch vlak namelijk; er is een gemeenschappelijke oorzaak van beide stoornissen.   (Muusse, C.,  Verslaving en geestelijke gezondheid, MGv 11/4.)

De symptomen van een psychiatrische aandoening en verslaving overlappen elkaar en lijken veel op elkaar, waardoor het stellen van een juiste diagnose soms erg lastig kan zijn. Terwijl dit juist noodzakelijk is voor een gepaste behandeling bij mensen met een dubbele diagnose. (Heuving, M., (2007 nummer 12), Comorbiditeit/verslaving/psychische stoornissen, MGv). Dit gegeven maakt het moeilijk om mensen met comorbiditeit door te plaatsen. De psychiatrie wijst de symptomen af op de verslaving en andersom.
Om de doelgroep van comorbiditeit in te delen in kleinere subgroepen wordt veelal gebruik gemaakt van het model van Minkoff, in dit model kunnen voer subgroepen worden onderscheiden.

In het jaar 2000 is door het trimbos instituut onderzoek gedaan naar de kenmerken van patiënten met comorbiditeit. De uitkomsten staan hieronder;
-          Gemiddelde leeftijd is 36 jaar
-          Ongeveer de helft is dakloos geweest
-          Bij de meeste patiënten is sprake van polidruggebruik
-          Schizofrenie en persoonlijkheidskenmerken zijn de meest voorkomende DSM  
           hoofdcategorieën.
-          Patiënten hebben meestal een klein sociaal netwerk en zijn veelal met criminaliteit in
           aanraking geweest.

Polidruggebruik: is het gebruik en uittesten van veel verschillende soorten drugs.

Het trimbos instituut heeft in 2000 ook een schatting gedaan naar de populatie van mensen met een dubbele diagnose. Ze schatten dan 20% tot 50% van de GGZ populatie kampt met verslaving. En 60% tot 80% in de verslavingszorg kampt met psychische problemen. In 2006 is dit ook vastgesteld door L. Schipholt in zijn boek verslaving komt bijna nooit alleen.

Het blijkt dat de patiënten met een dubbele diagnose elk jaar nog toenemen. Hier zijn verschillende mogelijke oorzaken voor aan te wijzen.
-          Verandering in het medisch-psychiatrische terminologie
( patiënten worden anders gediagnosticeerd waardoor. Het is niet meer gebruikelijk om één diagnose te stellen)
-           Sociaal economische factoren
( maatschappelijke druk licht hoger)
-          Veranderingen in de geestelijke gezondheidzorg
( vermaatschappelijking en institutionalisering)
-          Toegenomen beschikbaarheid van psychoactieve middelen
-          Veranderingen op maatschappelijk gebied.
( minder sterke familiebanden en sociale controle).
 

Om de doelgroep van comorbiditeit in te delen in kleinere subgroepen wordt veelal gebruik gemaakt van het model van Minkoff in dit model kunnen 4 subgroepen worden onderscheiden.



Geen opmerkingen:

Een reactie posten